Soms wil ik met een 150 Watt lamp in het gezicht
van mijn 11-jarige zoon schijnen en “SPREEK!” bulderen. Zeg wat! Iets!
Filosofischer dan dit wordt het nog even niet. Maar ik hou stille hoop.
Bekijk hier een gesprek met Ties.
Maar hij kan niet praten.
Hoewel hij gelukkig steeds meer klanken uitkraamt
die ergens op lijken, dankzij een nieuwe lesmethode en intensieve logopedie,
blijft het behelpen. Communiceren met Ties is te vergelijken met het
invullen van een belastingformulier. Pas als een vraag met ‘ja’ beantwoord
wordt, ga je door naar de volgende box. En dan ben je er nog lang niet.
"Ben je boos, of is er iets anders?"
Stilte.
“Oké. Ben je verdrietig? Of is er iets anders.”
Stilte.
“Heb je pijn?”
"JA!"
"Kun je aanwijzen waar je pijn hebt?"
"Bedoel je je knie? Je been? O, je voet? Doen je
spalken pijn?"
"JA!"
"Quiet people have the loudest minds," zegt
de door A.L.S. verlamde wetenschapper Stephen Hawking. Maar op de vraag: "Waar denk je aan?" kan Ties geen antwoord geven. Hoe luid het in zijn hoofd tekeer gaat, wat hij 's nachts droomt, hoe hij de wereld bekijkt - daar komen we niet achter.
Net als Hawking heeft hij een spraakcomputer. We hebben allebei een haat-liefde verhouding met het ding. Om te zeggen wat hij wil, moet Ties langs tientallen andere 'onderwerpen'. Die in verband met zijn visusprobleem, hardop worden uitgesproken.
Net als Hawking heeft hij een spraakcomputer. We hebben allebei een haat-liefde verhouding met het ding. Om te zeggen wat hij wil, moet Ties langs tientallen andere 'onderwerpen'. Die in verband met zijn visusprobleem, hardop worden uitgesproken.
Eten
(nee) - Drinken (nee) - Gevoelens (klik!)
Ik ben boos (nee) - Ik ben ziek (nee) - Ik ben blij (klik!).
Tegen de tijd dat hij bij 'blij' is aangekomen, is de lol er alweer af.
Ik ben boos (nee) - Ik ben ziek (nee) - Ik ben blij (klik!).
Tegen de tijd dat hij bij 'blij' is aangekomen, is de lol er alweer af.
Toch smaken ze naar meer, de mini-gesprekjes die Ties via een
monotone, blikken computerstem met mij voert. Zoals 's ochtends, als hij nieuwsgierig naar mijn dag informeert:
Spraakcomputer: "Waar ga jij naartoe?"
"Ik ga vandaag naar zee."
Stilte. Ties scrollt naar een nieuw woord.
Spraakcomputer: "Waarom?"
"Omdat ik alleen wil zijn."
Ties denkt na. Klikt dan nogmaals: "Waarom?"
"Gewoon. Wil jij nooit alleen
zijn?"
"Nee," antwoordt Ties zelf. Sinds kort spreekt hij dit min of meer verstaanbaar uit.
"Echt niet? Wil je dan met andere kinderen
zijn?"
"Nee."
"Met wie wil je dan samen zijn?"
Stilte. Ties scrollt naar een nieuw woord.
"Oma."
Filosofischer dan dit wordt het nog even niet. Maar ik hou stille hoop.